Pendelen is niet moeilijk. Wat pendelen doet is je magnetisch veld gebruiken en dit omzetten in een pendel beweging.
Een pendel kan 3 waardes teruggeven. negatief [--------|--------] positief.
Hij geeft een negatieve waarde terug (links), een twijfel (midden) of positief (rechts) als je het als meter zou bekijken.
Dit doet een pendel door wat jouw gevoel zegt. Als je een vraag stelt krijg je daar een bepaald gevoel bij. Dit kan jouw eigen gevoel zijn, maar het kan ook die van je bescherm/begeleidende engel zijn.
Is het gevoel positief (of een JA) dan maakt de pendel een bepaalde beweging. Is het gevoel negatief (of een NEE) dan maakt het een andere beweging. Is het gevoel twijfelend (of kan/wil de pendel geen antwoord geven) dan is dit nog een andere beweging.
De pendel antwoord met het idee dat het eerste antwoord altijd de juiste is. Elke twijfel daarna zal dan ook je pendel beïnvloeden. Als je moe of ziek bent, zal de pendel ook niet goed kunnen functioneren. Hetzelfde geldt ook voor wensdenken. Als je graag wilt dat iets zo is, zal de pendel dat antwoord geven terwijl je gevoel iets anders zegt.
Het kan helpen om een punt te tekenen met 3 lijnen. Een naar linksboven, een naar boven en een naar rechtsboven.
Bij linksboven schrijf je: Juist. Bij midden schrijf je: wensdenken. Bij rechtsboven schrijf je onjuist.
Nu kun je na elke pendelbeweging een controlevraag stellen. De pendel zal dan aangeven of het antwoord juist is, onjuist is, of dat het meer een wens is dan je gevoel.
Het eerste wat je doet met pendelen is opnieuw vaststellen welke bewegingen "JA", "NEE" en "Kan of wil ik niet beantwoorden" betekenen.
De pendelbewegingen zijn: voor naar achteren (verticaal), van links naar rechts (horizontaal) linksom draaiend en rechtsomdraaiend.
Ga rechtop zitten in een gemakkelijke houding. Houd de pendel voor je en vraag in gedachten: "Wat betekent voor mij een JA?" Dan vraag je "Wat betekend voor mij een NEE?" en dan vraag je "Wat betekend voor mij, Kan of wil ik niet beantwoorden?".
Je kan je pendel nu een vraag stellen. Houd de vraag zo kort en duidelijk mogelijk. Hoe onduidelijker je vraag is, hoe groter hij verkeerd begrepen wordt. De pendel liegt dan niet, maar bedoelt wat anders dan jou.
Een voorbeeld: Je bestelt een pakket en wil weten of de postbode jouw pakket komt brengen vandaag.
"Lieve pendel, komt de postbode vandaag?"
De pendel zegt: ja.
Maar de postbode met jouw pakket komt niet vandaag maar morgen. Heeft de pendel gelogen? Nee. De postbode is wel geweest, maar met gewone post en gooide dit in de brievenbus.
Als je de juiste vraag gesteld hebt, bijvoorbeeld: "Wordt het pakket dat ik verwacht vandaag bezorgd?"
De pendel zegt: Nee.
Dan stel je vervolgens de controle vraag en houd je de pendel boven het papiertje met de pendel boven het punt waar de 3 lijnen bij elkaar komen: "Klopt het dat het pakket dat ik verwacht niet vandaag bezorgd wordt?"
De pendel zal nu naar Juist bewegen.
Dit is alles wat je hoeft te weten over pendelen. Let wel op: als ik pendel via mijn hogere zelf (weerspiegeling van mijn gevoelens) dan geeft de pendel andere draaibewegingen voor ja, nee, en kan/wil ik niet zeggen, dan wanneer ik via mijn engelen pendel.
Zie ook:
Wat is pendelen, en hoe werkt het [armina]